Bij de rondvraag in de raadsvergadering van 19 oktober 2017 heeft PvdA-raadslid Arie van der Wilt er op aangedrongen de maatschappelijke bestemming van de voormalige synagoge te behouden. De directe aanleiding was de petitie van Rob Aa en Richard Woolderink voor behoud van de synagoge in plaats van verkoop aan iemand die het wilde ombouwen tot woning. Wethouder Wagenmans antwoordde op de PvdA-vraag dat “we zorgzaam naar het monument blijven, dat het kan zijn dat de functie van het gebouw verandert en dat de uiterlijke kenmerken gerespecteerd worden en zichtbaar blijven. “
De synagoge is een gemeentelijk monument en daarom zijn de regels van de Erfgoedverordening van toepassing. Bij het hoofdstuk Instandhouding staat onder andere dat zonder vergunning van het college het verboden is een gemeentelijk monument in enig opzicht te wijzigen. Ook mag je het onder andere niet dusdanig gebruiken dat het wordt ontsierd. Nadere regels om hiervan te kunnen afwijken zijn door het college niet gesteld.
Iemand die een gemeentelijk monument wil kopen en er iets aan wil veranderen moet daarvoor dus een vergunning vragen aan de gemeente. Deze vergunning kan alleen maar worden verleend als het niet in strijd is met het belang van de monumentenzorg. En er geen dingen gaan gebeuren die verboden zijn, zoals hiervoor genoemd. Over zo’n aanvraag moet de gemeente advies vragen aan de gemeentelijke monumentencommissie. De eerste potentiële koper heeft inmiddels zijn aanvraag na contact met de monumentencommissie ingetrokken. Wat precies het advies van de commissie was is niet openbaar, omdat de aanvrager dat niet wilde.
Bij elke volgende potentiële koopovereenkomst met verkoper Vrij Katholieke Kerk zullen toekomstige vergunningsaanvragers voor wijzigingen van de synagoge dezelfde procedure moeten volgen: de commissie adviseert, waarna het college beslist over het al dan niet verlenen van de vergunning. Als het college – onverhoopt – een voor het behoud van de synagoge negatieve vergunning verleent, staan voor inwoners en instanties de gebruikelijke bezwaar- en beroepsmogelijkheden open. Het college is het bevoegd gezag voor het verlenen van een omgevingsvergunning en hoeft daarom het advies van de commissie niet aan de gemeenteraad voor te leggen, maar ook de PvdA blijft bij dit onderwerp waakzaam.